zaterdag 23 april 2022

23 april 2014. Na jaren strijd is de regeling al 8 jaar actief! · Stemming regeling meemoederschap is zonet goedgekeurd met een overweldigende meerderheid. Eindelijk. Oef. Dank aan alle parlementsleden, in het bijzonder Sonja Becq, Jean-Jacques De Gucht, Els Van Hoof en Guy Swennen. En minister Annemie Turtelboom. Dank ook aan al wie de voorbije maanden mee aan de kar bleef trekken als activist!

dinsdag 29 maart 2022

Dossier clandestiene moeders: interview gepubliceerd in Zizo door Paul Borghs An noemt zichzelf een clandestiene moeder. De adoptiewetgeving kwam voor haar te laat. Omdat haar partner haar in 2006 verliet, kon ze het kind waarvoor ze samen hadden gekozen niet meer adopteren. En dat zorgt nog steeds voor schrijnende toestanden. kinderwens An zet de feiten eerst even op een rijtje: “In 1990 leerde ik Greet kennen en in 1995 gingen we samenwonen. Greet had een grote kinderwens. Samen hebben we beslist om een familie op te starten. Ik nam de taak op mij om een donor te zoeken. We kozen voor een bekende donor, een familielid van mij, zodat er toch een bepaalde genetische verwantschap zou zijn met mijzelf. Ik heb een aantal zaken op papier gezet, om de grenzen van het donorschap aan te duiden en om te vermijden dat de donor zijn vaderschap zou kunnen laten vaststellen. In 1999 werd ons zoontje Bart geboren. Ik stond mee vermeld op het geboortekaartje als trotse meemoeder en werd officieel aangesteld tot toeziend voogd. Dat was toen nog verplicht. Omdat Greet een zware baan had, ze vertrok vroeg naar het werk en was pas ’s avonds laat thuis, ging ik deeltijds werken. Zo kon ik me met de opvoeding van Bart bezighouden. In 2006 besliste Greet om weg te gaan. Ze nam meteen een advocaat onder de arm. We waren niet getrouwd. Dat had volgens ons weinig zin zolang de adoptie niet geregeld was. We hebben onderling wel een omgangsregeling afgesproken. Die ging vrij ver want Bart mocht ongeveer de helft van de tijd bij mij blijven. Aanvankelijk respecteerde Greet onze afspraken. Tot ze in 2009 een man leerde kennen en daar mee ging samenwonen. Plots werden alle afspraken op de helling gezet en werd de omgangsregeling afgebroken.” adoptie De adoptie werd in 2006 opengesteld. Sinds die openstelling kan de meemoeder het kind van haar echtgenoot of partner adopteren. De wet stelt als voorwaarde dat de biologische moeder en de meemoeder gehuwd moeten zijn, wettelijk samenwonen of minstens drie jaar feitelijk samenwonen op bestendige en affectieve wijze wanneer ze het adoptieverzoek indienen. Bovendien moet de biologische moeder haar akkoord geven voor de adoptie. Na een (echt)scheiding wordt niet meer voldaan aan al die voorwaarden en zal de rechtbank het adoptieverzoek moeten afwijzen. Toch heeft An een adoptieverzoek ingediend bij de rechtbank: “Greet ging aanvankelijk nog akkoord met de adoptie van Bart. De toestemming werd vastgelegd door een notaris. We voldeden weliswaar niet meer aan de voorwaarde dat je drie jaar moet samenwonen, maar we hoopten dat de rechter daar geen belemmering in zou zien. Tenslotte konden we een termijn van zestien jaar duurzaam samenwonen aantonen, zij het op het verkeerde moment. We hoopten ook dat de wetgever vooralsnog met een regularisatie zou komen, waardoor adopties van gescheiden koppels toch in nog mogelijk zouden zijn bij wijze van overgangsregeling. We hadden daarvoor contact met Guy Swennen (SP.A). Maar het adoptieverzoek werd afgewezen in eerste aanleg en ook op politiek vlak kwam er geen doorbraak. Men wilde, kort voor de verkiezingen, niet meer sleutelen aan de adoptiewetgeving. In mei 2008 trok Greet haar toestemming plots in. Daar ging mijn hoop om volwaardige juridische ouder te worden. Maar desnoods ga ik door tot in Straatsburg. Het kan volgens mij niet dat je toestemt in de adoptie en die toestemming dan plots intrekt omdat je een nieuwe partner leerde kennen. Daar zou het Europese Hof voor de Rechten van de Mens toch gevoelig voor moeten zijn?” persoonlijk contact De adoptiepiste werd voorlopig verlaten. An zet nu alles op alles om een persoonlijk contact met Bart af te dwingen via de jeugdrechter. Maar dat loopt niet erg vlot volgens An: “Zelfs het recht op persoonlijk contact wordt een probleem. De jeugdrechter heeft een maatschappelijk onderzoek bevolen. Misschien krijg ik daarna van de jeugdrechter de toestemming om Bart één of twee dagen per maand te zien. Vaak neemt de jeugdrechter het zekere voor het onzekere en wordt een slechts beperkt recht op persoonlijk contact toegekend om de biologische moeder niet voor het hoofd te stoten. Bovendien kan Greet het recht op persoonlijk contact zonder enig probleem dwarsbomen. Al twee keer legde ik een klacht neer bij de politie omdat het recht op persoonlijk contact, dat we onderling hadden afgesproken, niet werd gerespecteerd. Ik sta machteloos, alhoewel ik uiteindelijk toch ook een bloedband heb met het kind. De biologische moeder heeft alle rechten. Zelfs het kind komt nauwelijks aan bod in de procedure. Bart wordt wel gehoord, maar hij is nog geen twaalf jaar oud en daarom mag de rechter doen wat hij wil met zijn verklaring.” praktische gevolgen De meemoeder wordt juridisch nauwelijks erkend. Dat heeft ook tal van praktische gevolgen, legt An uit: “Wettelijk gaat mijn erfenis niet naar Bart. Ik zou dus een testament moeten maken om Bart van mij te laten erven. Maar als er iets met hem gebeurt, dan kan mijn erfenis bij Greet terechtkomen. Ik wil niet dat de vrouw die mij nu langs alle kanten dwarsboomt mijn erfenis krijgt. Dus moet er door de notaris een ingewikkelde constructie uitgedacht worden opdat mijn erfenis niet naar mijn ex of haar familie kan gaan. Er moet ook gelet worden op de successierechten die hoog kunnen oplopen omdat ik juridisch een vreemde ben voor Bart. Gelijkaardige problemen stellen zich met het geld dat ik gespaard heb voor Bart. Misschien komt er ooit wel een dag dat Greet het geld zal proberen op te eisen via het kind.” Het ouderlijk gezag over Bart wordt enkel door Greet uitgeoefend, en ook dat zorgt voor de nodige problemen, zegt An: “We noemen ons niet voor niets de clandestiene moeders. We nemen beslissingen, maar alles wat we doen gebeurt zonder recht of titel. We kunnen het maar doen omdat het gedoogd wordt door de juridische moeder. De school is bijvoorbeeld helemaal niet verplicht om ons uit te nodigen voor het oudercontact of om ons de schoolresultaten mee te delen. Alles is gebaseerd op goodwill. Wanneer het kind ernstig ziek wordt, dan hebben we geen recht om het te bezoeken of om beslissingen te nemen.” De clandestiene moeders hebben wettelijk geen rechten, maar ook geen plichten. Zo moeten ze bijvoorbeeld geen alimentatiegeld betalen. “Dat is stom”, volgens An, “want je hebt nu eenmaal rechten en plichten. Ik heb mijn deel gedaan via de aankoop van kledij, fietsen, schoenen … En Bart was ook een hele periode de helft van de tijd bij mij. Maar de kinderbijslag gaat wel naar de biologische moeder en ik heb Bart ook nooit fiscaal ten laste kunnen nemen.” clandestiene moeders Het verhaal van An is niet uitzonderlijk. Er zijn heel wat clandestiene moeders. Ze hebben een Facebookgroep en een blogspot (http://clandestienemoeders.blogspot.com/) opgericht. Het begon met een vijftiental moeders die geen kans op adoptie maakten. Daar kwamen er snel heel wat bij via de blogspot. De clandestiene moeders komen occasioneel samen. Ze deelden al pamfletten uit aan de rechtbank en op L-Day organiseren ze een actie. Maar het probleem is dat veel clandestiene moeders in hun schulp kruipen. Ze rakelen de jarenlange procedures waarin ze verwikkeld zijn niet graag op. Soms is hun verhaal te pijnlijk. Sommige moeders hebben mee een kind op de wereld helpen zetten dat inmiddels werd geadopteerd door een andere vrouw. Bij nog andere meemoeders kwam het tot een scheiding kort na de geboorte. Een clandestiene moeder maakte mee dat haar kind, na het overlijden van de biologische ouder, terechtkwam in een pleeggezin. De clandestiene moeders proberen hun problematiek onder de aandacht te brengen, maar dat is niet zo eenvoudig, stelt An: “Onlangs werkten Sabien Lahaye-Battheu en Martine Taelman (Open VLD) een wetsvoorstel uit om stiefouders meer rechten te geven. Dat zou voor ons al een stap vooruit zijn. Het zou ons een stukje erkenning geven. Nu zijn we de loutere derde die overal buiten wordt gehouden. Een automatisch ouderschap voor meemoeders, bij de geboorte van het kind, zou echter de beste oplossing zijn. Adoptie is een tijdrovende oplossing, waarbij heel wat formaliteiten komen kijken. Dat is om moeilijkheden vragen, want er kan heel wat mislopen in de periode dat de procedure loopt. Zo’n lange procedure is ook niet in het belang van het kind, dat er alle baat bij heeft om van bij de geboorte twee juridische ouders te hebben. Een man kan zomaar een kind erkennen, zonder enige formaliteit. Daaraan zie je dat gender nog steeds een centrale rol speelt. We legden contacten met politici, maar ze vertelden ons dat het politiek klimaat niet gunstig is. Ook met Çavaria waren er enkele gesprekken, maar daar is tot nu toe weinig of niets van gekomen. De problemen waarmee de clandestiene moeders geconfronteerd worden zijn werkelijk schrijnend. Ik vind het dan ook onbegrijpelijk dat er zoveel meer aandacht uitgaat naar het vaderschapsverlof voor meemoeders. Dat is toch relatief onbelangrijk? Eigenlijk zijn wij een volledig vergeten groep. Als lesbische meemoeders, krijgen wij jammer genoeg nog het meeste begrip en steun van heteroseksuele vaders.”

vrijdag 7 mei 2021

en zo staat het in Duitsland er voor

http://www.openlynews.com/i/?id=2bc09990-ebb3-4180-8bc2-899c9497b5f5

woensdag 10 februari 2021

Europa heeft een nieuw objectief! 10/02/21 om 06:00 Bijgewerkt om 10:18 Bruno De Lille Bruno De Lille Bruno De Lille is gewezen Brussels staatssecretaris voor Groen en LGBTI+-activist Momenteel is kinderen krijgen voor homo- en lesbische koppels vaak een moeizaam parcours. Adopties worden steeds moeilijker, er is geen wetgeving rond draagmoederschap in ons land en meerouderschap lijkt taboe. 'Dit leidt tot veel verdriet en frustratie bij LGBTI+-wensouders,' schrijft Bruno De Lille. 'Het is dringend tijd voor een duidelijk kader.' 'Hoog tijd voor meer rechten voor regenbooggezinnen' Adoptie lijkt voor de hand te liggen voor homostellen die papa willen worden, maar het blijft moeilijk © Getty Onze zoon is achttien geworden. Door de coronacrisis was er niet echt een feest, maar het idee dat hij volwassen is lijkt hem prima te bevallen. Zijn blijdschap valt echter in het niets vergeleken bij die van ons, zijn ouders. Want dat wij een zoon hebben mogen helpen opgroeien, is een klein wonder te noemen. Was ik twintig jaar vroeger geboren of in een ander land, dan was ik nooit papa geweest. knack-logo Ook nu kijken heel wat mensen nog vreemd op als mijn man en ik samen met onze zoon ergens opduiken. Een man-man-stel met een kind, het blijft speciaal. Want het is niet omdat België nu al bijna vijftien jaar adoptie door koppels van hetzelfde geslacht toestaat dat het makkelijk is om als twee mannen een kind (toevertrouwd) te krijgen. Hoog tijd voor meer rechten voor regenbooggezinnen Vroeger was het simpel: als je openlijk homo was, dan had je geen kinderen. Punt. In de jaren '90 en 2000 begint dat te veranderen. LGBTI+-koppels krijgen wettelijke erkenning, mogen trouwen en later ook adopteren. Sindsdien lijkt adoptie dan ook voor de hand te liggen voor homostellen die papa willen worden. Al blijft het moeilijk. De meeste mannelijke regenboogkoppels met een kinderwens kiezen voor een binnenlands traject. De wachttijd is echter lang en de kans op slagen niet gegarandeerd. Het Vlaamse steunpunt adoptie heeft het over een procedure die makkelijk 7 tot 9 jaar duurt. Het aantal kandidaat-adoptie-ouders dat zich jaarlijks meldt (150 tot 200) is dan ook veel groter dan het aantal kinderen (20 tot 25) dat elk jaar nood heeft aan adoptie. Wil je in het buitenland adopteren, dan moet je nog meer doorzettingsvermogen tonen. Volgens de website van Kind&Gezin is Zuid-Afrika vandaag het enige land waar het binnenkort voor Vlaamse man-man-koppels zou kunnen lukken. In de Verenigde Staten, Canada en Mexico zou het theoretisch kunnen, maar in de praktijk is er blijkbaar geen enkele organisatie die je daar als homopaar bij kan of wil begeleiden. In 2011 werd de Vlaamse Adoptieambtenaar al eens voor de homofobieprijs genomineerd omdat er geen vooruitgang geboekt werd inzake interlandelijke adoptie door holebi's en helaas staan we nu, 10 jaar later, nog geen stap verder. Het lijkt bijna alsof homokoppels die willen adopteren voor onze adoptiediensten wel het laatste van hun zorgen zijn. Er zijn dan ook nauwelijks voorbeelden van succesvolle interlandelijke adopties door twee mannen. Aflopend verhaal Buitenlandse adoptie lijkt sowieso een aflopend verhaal te zijn. De adoptieverenigingen zijn meestal zelf tegen adoptie gekant. Ze gaan ervan uit dat kinderen beter in hun eigen land opgroeien en dat we beter geld en energie steken in het lokaal laten opgroeien van die kinderen. De sector heeft ook af te rekenen met schandalen. In Nederland heeft een onderzoekscommissie zoveel voorbeelden gevonden van kinderdiefstal, kinderhandel en corruptie, dat ze oproept tot het stilleggen van de adoptie van kinderen uit het buitenland. En ook in Vlaanderen is er in 2019 een onderzoek opgezet rond adoptiefraude met onder andere kinderen uit Guatemala en Congo. Het aantal kinderen dat in België en zijn buurlanden geadopteerd wordt, daalt dan ook sterk. Toch leven er volgens Unicef wereldwijd nog altijd minstens 2,7 miljoen kinderen in weeshuizen. Velen van hen zullen tot hun achttiende, het moment dat ze helemaal op eigen benen moeten staan, niet de aandacht en de zorgen krijgen waar elk kind recht op heeft en zouden wel degelijk gebaat zijn met een nieuw liefhebbend gezin. Er is in België geen wettelijke regeling rond draagmoederschap en dat zorgt voor juridische onzekerheid Onze overheden moeten dan wel garanderen dat adoptiefraude of kinderhandel uitgesloten is, want aan de weeshuizen en de wensouders zelf kan je dat niet overlaten. Zet dus een efficiënte controledienst op of financier de adoptiebegeleidingsdiensten zodat die de 'checks and balances' grondig kunnen uitvoeren. Maar liever dan te investeren in een goede controle en begeleiding, schaft men het systeem stap voor stap af. Mochten we tegelijk werken aan structurele oplossingen in de herkomstlanden, dan zou ik dat nog kunnen aanvaarden. Helaas, we kijken de andere kant uit, tevreden dat we ons zieltje witgewassen hebben. De zwaksten zijn opnieuw het slachtoffer. Draagmoeders Als adoptie geen optie meer is, duwt men de wensouders naar andere oplossingen. En omdat er nu eenmaal geen 1001 manieren zijn om kinderen te krijgen, komen man-man-koppels steeds vaker terecht bij draagmoederschap. Dat is in België niet verboden maar ook niet toegestaan. Er is gewoon geen wettelijke regeling. En dat zorgt voor juridische onzekerheid. Zo zijn er koppels die een beroep deden op een buitenlandse draagmoeder en die hun kind zonder probleem door de ambtenaar van de burgerlijke stand ingeschreven kregen. Andere gemeenten weigeren dat te doen en willen eerst een beslissing van de familierechter. Je moet ook in dit geval geluk hebben met de rechter. Want omdat er geen wettelijke regeling is, is het in feite de familierechter zelf die de wet maakt. Alleen staat ook in 2021 niet iedereen even open voor LGBTI+-relaties. Hoe kan je dan zeker weten dat een weigering niet te maken heeft met de persoonlijke houding van de rechter tegenover twee mannen met een kind? Het is niet omdat je een discussie uit de weg gaat, dat ze verdwijnt Veel politici durven deze discussie niet aan. De moeilijke ethische vragen waarvoor ze een antwoord moeten zoeken, zijn dan ook talrijk. Moet de draagmoeder ook de juridische moeder van het kind zijn? Kan de draagmoeder beslissen het kind te houden ook al is ze niet genetisch verwant aan het kind? Hoeveel mag je een draagmoeder betalen voor het mensenhandel wordt? Bovendien is het, zoals professor en ethicus Guido Pennings (UGent) opmerkt, onmogelijk om elke situatie te voorzien. Het is echter niet omdat je een discussie uit de weg gaat, dat ze verdwijnt. Integendeel, de kans is groot dat anderen de regels gaan bepalen. Zo kan je begin juni 2021 al voor de zesde keer de babybeurs 'Men Having Babies' bezoeken. Een beurs waar Amerikaanse en Canadese firma's en ziekenhuizen hun diensten aanbieden aan homokoppels die dromen van een baby. Volgens hun standaarden natuurlijk. En dus kost een baby al snel 150.000 dollar en kan je zonder probleem het geslacht van je baby kiezen of eisen stellen aan de intelligentie van de eiceldonor zoals bleek na een undercover-bezoek van twee journalisten van Het Nieuwsblad. Dit alleen lijkt me al een stevig debat waard. Het hangt dus af van hoeveel geld je hebt, welke advocaat je kan betalen of in welke gemeente je woont of het krijgen van je kindje een vlotte reis wordt dan wel een jarenlange odyssee. Een dringende oproep aan onze politici: wacht niet langer maar zorg voor een duidelijk wettelijk kader. Meerdere ouders En ook rond meerouderschap moeten er snel wetten geschreven worden. Steeds meer kinderen groeien immers op in meeroudergezinnen. Vaak nieuw samengestelde gezinnen na een scheiding waarbij papa en mama elk een nieuwe partner hebben. Maar soms ook een lesbisch en een homokoppel dat samen een kindje gemaakt hebben en dat ook samen opvoeden. Als die drie of vier mensen allemaal hun liefde en zorg aan die kinderen willen geven, waarom zou de wet die dan moeten opsplitsen in 'echte' en 'niet-echte' ouders? Omdat de baby niet biologisch verwant is met de pluspapa of -mama? De wet trekt zich daar eigenlijk niet veel van aan: er wordt geen DNA-test gevraagd als je je baby gaat aangeven en bij adoptie is er sowieso geen biologische band. Bovendien is er steeds vaker wel een biologische band tussen al die ouders en de baby. Bij lesbische stellen is het geen uitzondering dat de ene vrouw het kindje draagt dat gemaakt is uit de eicel van haar partner en het zaad van een donor. Als die donor gekend is en een rol wil spelen in het leven van het kindje, heb je de facto drie ouders die elk een natuurlijke band hebben met het meisje of de jongen. En er zijn ook al succesvolle voorbeelden bekend van baby's die genetisch verwant zijn aan 3 mensen. Ouder in elk land Daarbij eisen wij als LGBTI+-gemeenschap dat de gevolgen van deze wetten in de hele EU gerespecteerd worden. Het liefste zouden we natuurlijk hebben dat koppels van hetzelfde geslacht in alle landen van de Europese Unie zouden mogen trouwen, kinderen adopteren, enzovoort. Helaas zijn we daar nog niet. Als we berichten lezen over Hongarije dat adoptie door LGBTI+-mensen verbiedt, de Franse senaat die IVF voor alleenstaande en lesbische vrouwen wil blijven verbieden en het Letse parlement dat gaat discussiëren of het een verbod op het homohuwelijk in de grondwet zal zetten dan hebben we zelfs de indruk dat we momenteel achteruitgaan. De EU wil of kan vandaag de lidstaten blijkbaar niet dwingen de rechten van hun LGBTI+-inwoners maximaal te garanderen alle mooie verklaringen over LGBTI+-strategieën ten spijt. De EU moet, als ze het echt meent met het vrije verkeer van burgers, eisen dat wat in één lidstaat bekomen is, ook elders gerespecteerd wordt. Twee vrouwen die getrouwd zijn zouden in heel de EU als alle andere gehuwde koppels behandeld moeten worden. Een kind dat door twee mannen geadopteerd is zou officieel overal twee papa's moeten hebben, ook als het gezin bijvoorbeeld naar Hongarije verhuist. Laten we een einde maken aan de ongezonde willekeur die te vaak heerst We beleven op dit vlak trouwens interessante tijden. Op dinsdag 9 februari 2021 kwam namelijk de zaak van baby Sara voor het Europees Hof van Justitie. Sara is in Spanje geboren en heeft twee moeders: de ene Brexit-Brits, de andere Bulgaars. Volgens de EU-regels zou Sara Bulgaarse papieren moeten krijgen. Maar dat ziet Bulgarije net iets anders: zij vinden dat een kind geen twee moeders kan hebben en weigeren de baby in te schrijven met alle gevolgen van dien. Het is uitkijken naar de uitspraak, die wel eens grote gevolgen zou kunnen hebben voor alle Europese regenboogfamilies. Voor ILGA-Europe, de koepelorganisatie van de Europese LGBTI+-verenigingen is het duidelijk: Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie, moet haar uitspraak "Als je ouder bent in één land, ben je ouder in elk land" (State of the Union, september 2020) dringend waarmaken. Dat ik verwacht dat onze Belgische EU-parlementsleden mee druk uitoefenen, ligt voor de hand. Nieuwerwets Regenboogfamilies, draagmoeders, meeroudergezinnen... je kunt je als maatschappij en als politici blijven verzetten tegen dit soort 'nieuwerwetse evoluties' maar eigenlijk zijn we al ingehaald door de realiteit. Laten we er in het belang van de kinderen over debatteren en een einde maken aan de ongezonde willekeur die te vaak heerst.

woensdag 19 februari 2020

de situatie in Nederland Welke achternaam krijgt ons kind? Uit eerdere artikelen bleek dat het ouderschap voor twee moeders juridisch gezien wat anders in elkaar zit voor kinderen met twee moeders dan voor kinderen die één vader en één moeder hebben. En ook bij achternamen zijn de juridische regelingen net wat anders bij kinderen met twee moeders, dan bij kinderen met één vader en één moeder. In de praktijk krijg ik veel vragen over welke achternaam een kind met twee moeder zal krijgen. Hierbij heb ik daarom in één artikel duidelijk gemaakt wat de wet zegt over de achternaam voor kinderen met twee moeders. De termen 'meemoeder' en 'geboortemoeder' Allereerst wil ik iets schrijven over het begrip 'meemoeder en 'geboortemoeder'. In het wetsvoorstel 'lesbisch ouderschap' in 2012 werd gesproken over 'duomoeder' (lees het artikel in het Zij aan Zij- Archief). 'Meemoeder' is inmiddels ook een gangbaar woord, bij gebrek aan beter. Je bent de moeder van je kind, 'meemoeder' klinkt bijna als een tweede plek. Zo is het geenszins bedoeld. In juridische stukken wordt van 'geboortemoeder' en 'meemoeder' gesproken. Dit is voornamelijk omdat de geboortemoeder en de meemoeder een andere juridische positie hebben: de geboortemoeder is automatisch de juridische moeder van haar kind en de 'meemoeder' niet. Vandaar dat ik 'geboortemoeder' en 'meemoeder' schrijf. Maar weet dat ik vooropstel dat jullie allebei evenveel moeder van jullie kind zijn! Getrouwde moeders & achternaam Bij moeders die getrouwd zijn met elkaar maakt de wet onderscheid in: Moeders die zwanger worden met behulp van een 'anonieme' donor. Dit houdt in dat jullie zwanger zijn geworden met behulp van sperma dat is gedoneerd aan een spermabank. Om ervoor te zorgen dat de meemoeder juridisch gezien de moeder van haar kind wordt, moeten jullie een verklaring van de kliniek laten zien bij de gemeente. Lees meer hierover in mijn eerdere artikel hierover. Zodra de meemoeder officieel de moeder van haar kind is (dus zodra jullie met die verklaring naar de gemeente zijn geweest), dan krijgt jullie kind automatisch de achternaam van de meemoeder. Willen jullie dat het kind de achternaam van de geboortemoeder krijgt? Dat kan. Dit moeten jullie dan wel samen laten vastleggen bij de gemeente. Moeders die zwanger worden met behulp van een bekende donor. Om ervoor te zorgen dat de meemoeder juridisch gezien de moeder van haar kind wordt moet de meemoeder haar kind erkennen. Dit 'regelen' jullie bij de gemeente. Lees hierover meer in mijn eerdere artikel over zwanger worden met een bekende donor. In dit geval krijgt jullie kind automatisch de achternaam van de geboortemoeder. Wil je dat jullie kind de achternaam van de meemoeder krijgt? Dat kan. Dit moeten jullie dan wel samen laten vastleggen bij de gemeente. Moeders met een geregistreerd partnerschap & achternaam Voor moeders met een geregistreerd partnerschap gelden dezelfde regels als bij getrouwde moeders. Het stuk hierboven is daarom ook van toepassing op moeders met een geregistreerd partnerschap. Moeders die niet getrouwd zijn en geen geregistreerd partnerschap hebben Wanneer jullie niet getrouwd zijn en ook geen geregistreerd partnerschap hebben, dan moet de meemoeder jullie kind erkennen bij de gemeente. Tijdens het erkennen van jullie ongeboren kind kunnen jullie ervoor kiezen dat het kind de achternaam van de meemoeder krijgt. Maken jullie geen keuze over de achternaam van jullie kind? Dan krijgt jullie kind automatisch de achternaam van de geboortemoeder. Broertjes en zusjes krijgen dezelfde achternaam Wanneer jullie eerste kind wordt geboren maken jullie een keuze voor de achternaam die ook geldt voor eventuele broertjes en zusjes die volgen. Wanneer jullie dus samen een tweede, of derde, of…. kind krijgen dan krijgt dit kind dezelfde achternaam als diens oudere broer of zus. Krijg je met een andere partner een kind? Dan hoeft dit kind niet dezelfde achternaam te hebben als zijn oudere halfbroer of oudere halfzus. Wanneer je met je nieuwe partner meer kinderen krijgt, dan krijgen volgende kinderen van jullie samen dezelfde achternaam als het eerste kind van jullie samen. Conclusie Met dit artikel hoop ik in één keer duidelijk gemaakt te hebben welke achternaam jullie kind volgens de wet krijgt. Toch is het heel begrijpelijk dat moeders zich wat verloren kunnen voelen door alle (ingewikkelde) juridische regelingen over het moederschap. Neem daarom gerust contact met me op bij vragen over de juridische kant van het moederschap! Mijn naam is Kim Smienk. Met mijn kantoor Kim Smienk Mediation houd ik me bezig met de -zoals ik het zelf noem- 'niet zo standaard' relaties. In het dagelijks leven 'regel' ik echtscheidingen voor bijvoorbeeld twee vrouwen die uit elkaar gaan, stel ik donorcontracten op voor vrouwen die met een zaaddonor een kind krijgen en maak ik ouderschapsplannen voor kinderen die door meer dan twee ouders tegelijk opgevoed worden. In mijn praktijk worden er vaak allerlei vragen aan mij gesteld. Deze vragen zijn voor mij de inspiratie voor mijn artikelen. Ik kan me voorstellen dat jij als Zij aan Zij lezer ook een vraag hebt die je mij zou willen stellen. Over de juridische kant van een relatie of de juridisch kant van moeder(s) worden bijvoorbeeld. Laat gerust een vraag achter op mijn website en wie weet beantwoord ik jouw (anonieme) vraag in één van mijn artikelen voor Zij aan Zij! >> Lees ook ons interview met Kim! *

maandag 18 november 2019

de huidige juridische situatie in Nederland, gepost op Zij aan Zij: Onbekende donor Juridisch 18 november 2019 Door Kim Smienk In de praktijk krijg ik vaak vragen van getrouwde vrouwen over de juridische positie van de 'meemoeder' wanneer zij een kind krijgen met behulp van een onbekende spermadonor. Vaak hoor ik deze vrouwen zeggen 'we zijn automatisch juridisch de moeders want we zijn getrouwd'. Dit is niet helemaal juist. Met dit artikel leg ik daarom uit hoe het juridisch ouderschap van de 'meemoeder' in elkaar zit, zodat voorkomen kan worden dat het 'regelen' van het ouderschap voor de meemoeder misgaat. Dit artikel is geschreven door mr. Kim Smienk en is tevens verschenen op de website van Kim Smienk Mediation. Moeder / Duomoeder / Meemoeder In het wetsvoorstel 'lesbisch ouderschap' in 2012 werd gesproken over duomoeder (lees het artikel in ons Archief). 'Meemoeder' is inmiddels ook een gangbaar woord, bij gebrek aan beter. Je bent de moeder van je kind, 'meemoeder' klinkt bijna als een tweede plek. Zo is het geenszins bedoeld. De moeder die niet bevalt van haar kind wordt de 'meemoeder' genoemd. Kim legt uit: 'In juridische stukken wordt van 'geboortemoeder' en 'meemoeder' gesproken. Dit is voornamelijk omdat de geboortemoeder en de meemoeder een andere juridische positie hebben: de geboortemoeder is automatisch de juridische moeder van haar kind en de 'meemoeder' niet.' Let op, dit artikel gaat specifiek over twee getrouwde vrouwen die zwanger worden met behulp van sperma dat 'anoniem' is gedoneerd aan een vruchtbaarheidskliniek. In een volgend artikel wijd ik uit over het juridische ouderschap voor vrouwen die met behulp van een bekende spermadonor zwanger worden. Bekende en onbekende donor Het is belangrijk dat het verschil tussen een bekende spermadonor en een onbekende spermadonor duidelijk is. Kort gezegd is een onbekende donor een donor die zijn sperma gedoneerd heeft aan een vruchtbaarheidskliniek. Bekende donoren zijn voor de wettelijke regelingen eigenlijk alle andere spermadonoren. 'Anonieme' spermadonor Wanneer jij of je vrouw zwanger wordt met behulp van een spermadonor en dit gebeurt niet met 'anoniem' gedoneerd sperma in een vruchtbaarheidskliniek, dan moeten jullie de wettelijke regelingen voor 'bekende donoren' volgen. Dit is ook het geval wanneer je eigenlijk die 'bekende donor' helemaal niet of niet goed kent. En ook als jullie zelf een spermadonor meenemen naar een vruchtbaarheidskliniek moeten jullie de regelingen voor 'bekende donoren' volgen. Een onbekende spermadonor is dus echt alleen een man die zijn sperma 'anoniem' gedoneerd heeft aan een vruchtbaarheidskliniek. Deze man is eigenlijk niet helemaal anoniem. Anoniem sperma doneren mag namelijk niet in Nederland. Een kind heeft namelijk het recht om te weten van wie die afstamt. Zodra het kind twaalf is mag het kind informatie over diens spermadonor opvragen en zodra het kind zestien is geworden kan het kind contactgegevens van de spermadonor opvragen. Zodra het kind zestien is geworden kan het daarom contact opnemen met de spermadonor. Getrouwde moeders Wanneer twee vrouwen getrouwd zijn met elkaar en zij worden moeders met behulp van gedoneerd sperma uit een vruchtbaarheidskliniek dan geldt het volgende. In deze vruchtbaarheidskliniek krijgen de vrouwen een verklaring. In deze verklaring staat dat de vrouwen met behulp van 'anoniem' gedoneerd sperma zwanger zijn geworden. Het is nodig dat de moeders de verklaring die zij hebben gekregen van de vruchtbaarheidskliniek laten zien bij de gemeente. De gemeente registreert dan de 'meemoeder' als juridische moeder van haar kind. De moeder die bevalt van het kind is volgens de wet automatisch de juridische moeder van haar kind. Moeders met een geregistreerd partnerschap Voor vrouwen met een geregistreerd partnerschap geldt hetzelfde als voor vrouwen die getrouwd zijn met elkaar. Deze vrouwen krijgen ook een verklaring van de vruchtbaarheidskliniek. En ook deze vrouwen moeten naar de gemeente gaan met deze verklaring. De 'meemoeder' wordt dan door de gemeenteambtenaar geregistreerd als de juridische moeder van haar kind. De moeder die bevalt van haar kind is ook in dit geval automatisch de juridische moeder van haar kind. En ook in dit geval zijn de vrouwen pas na het laten zien van de verklaring van de vruchtbaarheidskliniek allebei -juridisch gezien- de moeders van hun kind. Waar zie ik het mis gaan in de praktijk? Waar ik het in de praktijk mis zie gaan is dat vrouwen denken dat de meemoeder 'automatisch' de juridische moeder van haar kind is. Maar dit is niet zo. Het klopt wel dat de getrouwde meemoeder geen ingewikkelde procedures hoeft te doorlopen om geregistreerd te worden als de juridische moeder van haar kind. Ook hoeft de getrouwde meemoeder haar kind niet te erkennen wanneer haar vrouw zwanger is geworden met behulp van 'anoniem' gedoneerd sperma. De getrouwde meemoeder wordt niet automatisch aangemerkt als de juridische moeder van haar kind, ook niet wanneer zij moeders zijn geworden met behulp van 'anoniem' gedoneerd sperma. De moeders moeten namelijk wel naar de gemeente gaan met de verklaring die zij hebben gekregen van de vruchtbaarheidskliniek. Pas na het laten zien van deze verklaring bij de gemeente is de meemoeder geregistreerd als juridische moeder van haar kind. Ook al er sprake is van een onbekende donor (dus een donor die sperma heeft gedoneerd aan een vruchtbaarheidskliniek), de moeders moeten wel met de verklaring die zij hebben gekregen van de vruchtbaarheidskliniek naar de gemeente gaan om de meemoeder de juridische moeder te laten worden van haar kind. Zonder het laten zien van deze verklaring bij de gemeente is de 'meemoeder' niet geregistreerd als juridische moeder van haar kind. Conclusie De wetten en regelingen waar je als moeders mee te maken krijgt zijn best ingewikkeld. Wil je samen met je vrouw een kind krijgen? Win op tijd advies in! Neem gerust contact op voor een kennismaking en een advies op maat.

dinsdag 14 mei 2019

De juridische gids voor het ouderschap voor holebi's en transgenders gemist? Indien gewenst stuur ik een PDF versie ervan op eenvoudige vraag!meemoeders@telenet.be

maandag 13 mei 2019

Voor vele moeders, die met ons voor het wetsvoorstel adoptie meestreden, is er gelukkig al veel ten goede gekeerd. Er zijn verschillende meemoeders toch erkend op termijn, via de procedure bij de gemeente die simpel en praktisch is. Dit gaat allemaal op zolang de biologische moeder het kind niet zodanig vervreemd heeft (PAS) en het kind niet wil, kan of mag beslissen. Het is geen "kiezen", want er zijn gewoon 2 mensen, die aan de basis liggen van hun bestaan. Helaas zijn er ook kinderen, waaronder veel intussen zelf volwassen, die hun meemoeder nog steeds niet erkend hebben in hun rol, die ze vroeger en nu in hun leventje vervullen.Voor allemaal een mooie clandestiene moederdag gewenst, met in het achterhoofd de gedachte daar toch nog in te geloven. MoederSdag dus!

donderdag 8 februari 2018

Oude wijsheden over ouderverstoting, het delen waard. Het recht op een familiaal leven wat vaak getorpedeerd wordt door de biologische moeder. Het is uit het standpunt van vaders bekeken, maar is ook toepasbaar op lesbische gezinnen. OUDERVERVREEMDING OUDERVERSTOTING Herkenning ? de belangen van het kind Checklist houding & gedrag home/terug Verscheurde kinderen, verbitterde moeders, verloren vaders door Peter Hoefnagels (Trouw-5-10-2002) Kinderen van veertig zeggen op mijn spreekuur: 'Mijn vader wilde me niet meer zien.' Als er duidelijke bewijzen komen dat vader zijn best deed, soms gevochten heeft om zijn kinderen te zien, wuiven ze die aanvankelijk weg; het is moeilijk te erkennen dat ze zo lang in een leugenachtige omgeving hebben geleefd.'' Peter Hoefnagels, emeritus-hoogleraar familierecht, over de frustratie van de wettelijke omgangsplicht tussen gescheiden vaders en hun kinderen. De wet is duidelijk: omgang na scheiding is verplicht. Na een scheiding hebben kinderen en ouders recht op voortzetting van hun relatie. Dat geldt voor alle ouders, voor gehuwden én ongehuwden, voor hetero- én voor homoparen. 'Eerbiediging van het familieleven' betekent continuering van de ouder-kind-relaties en is een mensenrecht, in 1950 neergelegd in het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens. Nederland heeft dit recht, zij het pas in 1990, in de wet overgenomen. De Verdragsbepaling uit 1950 over de 'eerbiediging van het familieleven' getuigt van wijsheid en psychologisch inzicht. De gevolgen van de frustratie van de omgang tussen ouder en kind - oudervervreemding - en het daarop volgende ouderverstotingssyndroom zijn nauwkeurig beschreven door de Amerikaanse hoogleraar kinderpsychiatrie Richard Gardner (The parental alienation syndrome, Columbia, 1985). Het is psychisch zeer schadelijk voor kinderen als een nog levende ouder door scheiding uit hun leven verdwijnt. De ouder bij wie het kind na de scheiding verblijft (de verzorgende ouder), en die de omgang met de andere ouder frustreert, handelt doorgaans uit onverwerkte scheidingsemoties. De partners hebben ondanks de juridisch uitgesproken en feitelijke scheiding relationeel geen afscheid van elkaar genomen: het non-adieu. Daardoor vinden zij het vaak onmogelijk om met elkaar te communiceren en blijven ze vechten. De verzorgende ouder die niet wil dat het kind omgaat met de andere ouder geeft het kind daarvoor dwingende verklaringen die op zijn minst eenzijdig zijn en meestal een negatief beeld van die andere ouder vestigen. In alle gevallen van omgangsfrustratie die ik onderzocht, was deze ingegeven door ex-partner-emoties en niet door ouderlijke zorg. De blijvende polarisatie tussen de ouders vermindert bovendien de kwaliteit van de ouderlijke zorg. In ongeveer 90 procent van de gevallen is het de moeder, in 10 procent de vader die de omgang frustreert. Het indoctrineren van het kind begint met leugentjes en wordt meestal voltooid met barre verhalen over de gehate vader, nogal eens eindigend met het verzinsel dat papa niet meer om zijn kinderen geeft. Ieder jaar worden er omstreeks 1700 gerechtelijke procedures gevoerd over het omgangsrecht van ongeveer 3400 kinderen. Daar komen nog bij de kinderen uit ontbonden niet-huwelijkse samenlevingen. De procedures tussen de scheidende ouders zijn vaak zo polariserend dat een aantal rechters, op advies van de raad voor de kinderbescherming, ondanks de wettelijke verplichting, kiest voor 'geen omgang'. Daarmee worden de ex-partner-vijandigheid en de omgangsfrustratie in feite beloond, en beloning stimuleert de moeders tot nieuwe belemmeringen voor de omgang van hun ex-man met zijn kinderen. Hoge kosten en kwade kansen ontmoedigen vaders om hiertegen een procedure te beginnen. Moeders wil wordt wet. Naar schatting ziet in Nederland zo'n 40 procent van de kinderen van gescheiden ouders hun vader niet meer. Moeders scheidingstrauma dat tot omgangsfrustratie leidt, wordt in de rapporten van de raad voor de kinderbescherming vaak omschreven als haar 'beleving'. In die beleving verdampt het mensenrecht van vader en kind om elkaar te zien. Veel rechters beslissen overeenkomstig het advies van de raad, zodat er eigenlijk helemaal geen rapport nodig is en ook geen rechter (als deze de norm toch niet stelt). Op een gevoelig en omvangrijk terrein van menselijk leven komt macht boven recht te staan. Het mensenrecht van de ouder-kind-relatie verdwijnt achter scheidingsgetwist en belevingsgeleuter van de veelal ondeskundige rapportenfabrieken die de raden voor de kinderbescherming in de laatste halve eeuw geworden zijn. Door de beslissing dat er geen omgang komt, of door een beslissing zo lang aan te houden, dat vader en kind van elkaar vervreemden en moeder haar verstotingswerk kan voltooien, zijn de rechter en de kinderbescherming weliswaar met de zaak klaar, maar de kinderen en hun ouders nog lang niet. Ook als de kinderen de leugens over vader niet of maar half geloven, houden zij na een tijdje op met protesteren of doorvragen, omdat ze de negatieve emoties van hun moeder, met wie ze dagelijks verkeren, wel voelen. Het onderwerp 'papa' maakt het leven thuis er niet leuker op. Een klein aantal eigenzinnige kinderen vecht zich los van de omgang-frustrerende ouder. Maar vele tienduizenden kinderen blijven leven binnen de cirkel van onverwerkte scheidingsemoties. Vader is uit beeld, maar is via de fout gelopen scheiding hevig aanwezig in zijn afwezigheid. Zulke kinderen gaan tussen hun dertigste en vijfenveertigste levensjaar vaak in therapie, lijden aan verlies van identiteit, aan grote onzekerheid en onevenwichtigheid, en hebben moeite met het inschatten van de sociale werkelijkheid. Ouderverstoting is een ernstige vorm van psychische kindermishandeling die zich uitstrekt over vele jaren. Gezien de lange duur van dit loyaliteitstrauma, schat men het aantal mensen tussen het eerste en vijfenveertigste levensjaar dat aan oudervervreemding lijdt op omstreeks 150 000. Er gaan in de Tweede Kamer stemmen op om de weigering tot omgang strafbaar te stellen. Maar het is al strafbaar volgens artikel 300 Wetboek van Strafrecht, vierde lid: 'Met mishandeling wordt gelijkgesteld opzettelijke benadeling van de gezondheid.' Door de ouderverstoting worden alle betrokkenen langdurig geschaad. De kinderen zijn verscheurd, de moeders verbitterd en de vaders verloren. Kinderen van omstreeks veertig jaar zeggen op mijn spreekuur ook: 'Mijn vader wilde me niet meer zien.' Als er duidelijke bewijzen komen dat vader zijn best deed, soms gevochten heeft om zijn kinderen te zien, wuiven ze die aanvankelijk weg; het is moeilijk te erkennen dat men zo lang in een leugenachtige omgeving heeft geleefd. Veel van hun vader vervreemde kinderen zoeken in hun beroep affectie en identiteit bij het publiek. Conny Palmen schrijft daarover in haar laatste roman: 'Als de liefde van een kind voor zijn ouders ontkend wordt, raakt het geanonimiseerd. Je keert het drama van je jeugd om: in plaats van anoniem te zijn, word je openbaar en je maakt daarmee het publiek anoniem. De schellen vallen je van de ogen als je (bij schrijvers en acteurs) gaat turven om hoeveel vaderloze kinderen het gaat, om hoeveel bastaarden of kinderen uit gebroken gezinnen met een overbezorgde, nadrukkelijk aanwezige moeder en een onbereikbare vader.' Hoe komt het dat de wettelijke verplichting tot omgang van de kinderen met beide ouders zo slecht gehandhaafd wordt? Allereerst omdat men hoopt dat na de (onwettige) rechterlijke uitspraak 'geen omgang' de ruzies afgelopen zijn. Vervolgens omdat men nog volgens verouderd recht denkt. Vroeger betekende echtscheiding immers dat één ouder de voogdij over de kinderen kreeg, en de andere ouder niets. Evenals toen neemt men nu zijn toevlucht tot 'een onderzoek door de raad'. Dat betekent uitstel van de omgang tussen het kind en de ouder bij wie het niet woont. Ingeval van hoger beroep en gezien het lage tempo waarin de raden werken kan dat uitstel wel één tot vier jaar of nog langer duren. De raad gaat onderzoeken 'wie de beste ouder is'. Erger nog: of er bij vader geen steekje los is te vinden, of er niet iets ten nadele van hem en van een omgang tussen hem en zijn kinderen gezegd kan worden. Dit is in strijd met de huidige wet die juist impliceert dat kinderen de ouders aanvaarden die ze hebben: een beetje zus, een beetje zo, de een met meer affectie, de ander met meer van wat anders. Het is na scheiding niet anders dan tijdens het huwelijk: we dienen kinderen en ouders te accepteren zoals ze zijn; op deze basis is samenwerking tussen de ouders vanzelfsprekend en is omgang een recht van kind en ouder. Een 'kwaliteit van ouders'-onderzoek is niet alleen in strijd met artikel 8 EVRM, waarin de privacy geregeld is, maar ook met de oerrelatie tussen kind en ouder. Men vergeet meestal de kernvragen te stellen: Wat vertelde de verzorgende ouder het kind? Hoe legt moeder het kind uit dat het niet meer naar vader gaat? Wat vertelt zij over vader? Waarom wordt het kind zelf niets gevraagd? Het Europese Hof heeft onlangs in een omgangskwestie gesteld dat ook een vijfjarig kind gehoord had moeten worden. Waarom wordt het kind zo zelden door een eigen curator ten processe vertegenwoordigd? Omgang is primair een recht van het kind ten opzichte van beide ouders. Een wettelijke omgangsplicht van de (niet-verzorgende) ouder is een logisch vervolg. Er is een aantal moeders dat op vaders omgang met het kind zit te wachten. Handhaving van het omgangsrecht zal nu eindelijk moeten plaatsvinden. Waarom is de raad voor de kinderbescherming (een overheidsorgaan) hier nog steeds niet aan toe? Er zijn nog steeds rechters die menen dat de werkers bij de kinderbescherming deskundig zijn, maar het overgrote deel van hen kent noch het recht noch de psychologie van dit terrein, noch de minimale normen die aan een rapport gesteld mogen worden. Op grond van vele expertises heb ik geconstateerd dat de rapporten van de raden en andere kinderbeschermingsinstanties niet op feiten berusten. De diagnose gaat vaak uit van verzonnen 'feitelijkheden' of 'vermoede belevingen' of er is helemaal geen diagnose. Conclusies gaan vaak vooraf aan de beschrijving van de werkelijkheid, werken dus als vooroordelen. Beweringen en belevingen van de strijdende partijen worden klakkeloos als feiten weergegeven. Vaak waren er vooraf contacten met één van de partijen. Meermalen constateerde ik partijdigheid; wie protesteerde tegen een voor hem negatief advies werd in het rapport verweten dat 'hij niet wil meewerken'. Een vertegenwoordiger van de raad voor de kinderbescherming repliceerde op een vraag van de rechtbank in Amsterdam: 'In deze zaken moeten we wel partijdig zijn.' De rapporteurs kenden zelden of nooit de psychologie van het scheidingsproces, zelfs niet een kardinaal element als het adieu. Als er een apart rapport van een psycholoog was, dat overeenstemde met dat van de raad, werd niet vermeld dat de overeenstemming na intensief overleg tot stand was gekomen. Een aantal werkers in de kinderbescherming en zelfs een aantal advocaten hebben het afgeleerd de wet en rechterlijke vonnissen inzake omgang en verblijfplaats met behulp van de sterke arm te handhaven. De politie scheept de ouder aan wie het kind niet wordt meegegeven en die met een rechterlijke beschikking tot omgang komt, vaak af 'omdat het privaatrecht is'. Dat is natuurlijk onzin, want ook in privaatrechtelijke zaken moet de wet gehandhaafd worden, desnoods door de sterke arm. Ik heb op basis van de psychologie van het scheidingsproces een bemiddelingsmethode beschreven die in de praktijk duizendvoudig getoetst is, goed werkt en tot overeenkomsten leidt, bij een toenemend aantal goede advocaat-bemiddelaars bekend is, en gescheiden ouders ertoe brengt hun kinderen niet te laten lijden onder hun echtscheiding. In vrijwel alle gevallen werkt het alsnog plaatsvinden van het adieu, het afscheid als partners, genezend. Het is een vast onderdeel van het bemiddelingsproces dat de weg plaveit naar redelijkheid, afspraken en overeenkomsten. Daarna voeren de ouders samen met hun kinderen een 'paraplugesprek', waarna het loyaliteitsconflict verdwijnt en het gezamenlijke ouderschap gestalte krijgt. Ook wanneer de rechter er, gezien de vijandschap van de ouders, geen gat meer in zag, is bemiddeling (mediation) een redmiddel gebleken. Het beste werkt mediation als ze wordt opgelegd vóórdat de vijandelijkheden ten processe hebben plaatsgevonden. Maar ook tijdens de vijandige procedure worden met de zogenaamde 'forensische mediation', een vorm van verplichte bemiddeling, goede resultaten geboekt. De rechter benoemt een forensisch mediator die met de ouders en de kinderen aan het werk gaat. Er kan direct aandacht worden geschonken aan de partnerproblematiek, de oorzaak van de stagnerende communicatie. Aan de verplichting tot bemiddelen moest de praktijk even wennen, er bestond tot voor kort een ideologie van 'vrijwilligheid'. Maar gaat men bij een blindedarmontsteking 'vrijwillig' of 'verplicht' met zijn kind naar de chirurg? Vrijheid ontstaat ook door erkenning van noodzaak. Enkele gerechtshoven hebben de verplichte bemiddeling reeds uitgesproken. Rechtbanken volgen. Dat werkt veiliger, vlugger en voordeliger dan eindeloze kindermishandelende procedures.

zondag 3 december 2017

Gepubliceerd in 2009, maar toch nog brandend actueel. Voor sommigen dan, want de erkenningsprocedure heeft het gros van de meemoeders de kans gegeven om hun gezamenlijk kind te erkennen. Dat maakt dat velen er zich niet van bewust zijn dat er nog altijd individuele situaties zijn waarin dit niet kan. Voornamelijk omdat de biologische moeder het ouderschap weigert. Moeders wil is wet en kan nog altijd gemakkelijk het ouderschap van de partner of ex-partner negeren. Ongeacht de schade die dit aan kinderen kan teweegbrengen, ziet daar niemand op toe. Publicatie Zizomagazine 99 vindt u ook online blz 26/31 of via deze link: https://issuu.com/cavariapubliceert/docs/zizo99/26

zaterdag 25 januari 2014

minder zorgen voor de toekomst?

6 DECEMBER 2013. - Decreet houdende wijziging van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten, wat de gelijkstelling van verkrijgingen tussen stiefkinderen en stiefouders en tussen zorgkinderen en zorgouders betreft Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt: Decreet houdende wijziging van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten, wat de gelijkstelling van verkrijgingen tussen stiefkinderen en stiefouders en tussen zorgkinderen en zorgouders betreft Artikel 1. Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid. Art. 2. Aan het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten wordt een artikel 132.3 toegevoegd, dat luidt als volgt: "Art. 132.3. Voor de toepassing van deze afdeling wordt een schenking tussen een stiefouder en een stiefkind gelijkgesteld met een schenking in rechte lijn. Dezelfde gelijkstelling geldt voor de schenking tussen een kind van een persoon die met de schenker samenwoont of samenwoonde op het ogenblik van overlijden van die persoon en de schenker. Dezelfde gelijkstelling geldt voor een schenking tussen een persoon die met een ouder van de schenker samenwoont of samenwoonde op het ogenblik van overlijden van die ouder en de schenker. Een schenking tussen uit de echt gescheiden of van tafel en bed gescheiden personen en een schenking tussen ex-samenwonenden wordt alleen gelijkgesteld met een schenking tussen echtgenoten of tussen samenwonenden indien er gemeenschappelijke afstammelingen zijn. Een schenking tussen personen tussen wie een relatie van zorgouder en zorgkind bestaat of heeft bestaan, wordt gelijkgesteld met een schenking in de rechte lijn. Voor de toepassing van deze bepaling wordt zulk een relatie geacht te bestaan of te hebben bestaan wanneer iemand, vóór de leeftijd van eenentwintig jaar, gedurende drie achtereenvolgende jaren bij een andere persoon heeft ingewoond en gedurende die tijd hoofdzakelijk van die andere persoon of van deze en zijn levenspartner samen, de hulp en verzorging heeft gekregen die kinderen normaal van hun ouders krijgen. De inschrijving van het zorgkind in het bevolkings- of het vreemdelingenregister op het adres van de zorgouder geldt als weerlegbaar vermoeden van inwoning bij de zorgouder.". Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. Brussel, 6 december 2013. De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport, Ph. MUYTERS _______ Nota Zitting 2012-2013 Stukken - Voorstel van decreet : 2098 - Nr. 1 Zitting 2013-2014 Stukken - Verslag : 2098 - Nr. 2 - Amendementen : 2098 - Nr. 3 en 4 - Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 2098 - Nr. 5 Handelingen - Bespreking en aanneming: Vergadering van 27 november 2013.

donderdag 12 juli 2012

Breaking News

Op 12 juli verschenen 2 arresten van het Grondwettelijk Hof.Beide arresten zijn van cruciaal belang voor clandestiene moeders! We verwachtten deze zomer al een wetgeving in Nederland hieromtrent, of een vervolg op de vele verzoeken tot aanpassing van de wetgeving vanuit diverse politieke invalshoeken in België. Uit onverwachte hoek, omdat de timing hiervan onbekend is, komt deze uitspraak die 2 vliegen in één klap regelt. Deze uitspraak is een duidelijk antwoord op de misstanden en ongelijke behandeling van meemoeders en hun kinderen. Deze arresten (Luik, Kortrijk) zijn u vindt dit terug via internet: Grondwettelijk Hof/ arresten 2012-094n en 2012-093n

vrijdag 20 januari 2012

nadenkertje

In principe is er instemming met de daad van verwekking van een kind. Of dit nu kunstmatig verwekt is niet van belang. Bij een fysieke daad is er immers ook sprake van instemming, zo niet is het een verkrachting.De meemoeder is dus verwekker en de biologische moeder heeft daarmee ingestemd.

Mooi statement om het bezit van staat en afstammingsband neutraler te situeren!
Het begrip 'bezit van staat' wijst op een geheel van feiten die erop duiden dat men zich steeds als ouder heeft gedragen, en dat ook de buitenwereld de betreffende persoon steeds als ouder heeft beschouwd.
Het bezit van staat is een grond van onontvankelijkheid in elke procedure tot betwisting van het ouderschap. Als men zich steeds als ouder ten aanzien van het kind heeft gedragen en men werd door de omgeving steeds beschouwd als ouder van het kind, kan de vastgestelde afstammingsband niet betwist worden.
artikel 331nonies B.W.
Er werden op het nippertje van 2011 nog 2 prejudiciële vragen gesteld aan het Grondwettelijk Hof. Ze staan ingeschreven onder nr 5252 en 5261 van het Hof.

De ene gaat over de situatie dat de biologische moeder nog toestemming dient te geven ondanks huwelijk, KID, voorbereidingscursus en de daadwerkelijke affectieve band. Dit is in tegenspraak met enkele samenhangende artikelen in BW, Grondwet IVRK en EVRM.

De tweede vraag gaat over voormalige partners en het ontbreken van de huidige samenwoonst.Het kind wordt zo de oorspronkelijke familie ontzegd.

Vandaag berichtte Zizo magazine het volgende:
Grondwettelijk Hof buigt zich over problematiek clandestiene meemoeders Auteur: Paul Borghs - foto: anoniem - 19/01/2012.In 2006 werd in België de adoptie opengesteld voor holebi's. Daardoor kan een meemoeder het kind waarvan haar echtgenote of partner bevallen is adopteren en er de tweede juridische moeder van worden. Om te kunnen adopteren moet je gehuwd zijn, wettelijk samenwonen of minstens drie jaar feitelijk samenwonen op permanente en affectieve wijze.

Problemen doen zich voor wanneer het tot een breuk komt vooraleer de adoptieprocedure werd afgerond. Vaak zal de juridische moeder dan niet meer akkoord gaan met de adoptie door de meemoeder. Adoptie tegen de wil van de juridische moeder is niet mogelijk. Maar zelfs wanneer de juridische moeder nog wel akkoord gaat met de adoptie door de meemoeder, dan nog zal de jeugdrechtbank de adoptie niet uitspreken. Er moet immers een affectieve relatie zijn en samenwoning.
Toen in 2006 de adoptie werd opengesteld vielen een aantal meemoeders uit de boot omdat ze niet meer samenwoonden met hun echtgenote of partner. Ook nu komt het nog voor dat vrouwen uit elkaar gaan vooraleer de adoptie rond is.

Onlangs werd aan het Grondwettelijk Hof een prejudiciële vraag gesteld over deze problematiek. Het Grondwettelijk Hof kan nagaan of bepaalde wetten in strijd zijn met de grondwet en de mensenrechten. Eenvoudig gesteld komt de prejudiciële vraag er op neer dat het Grondwettelijk Hof moet nagaan of het niet voldoende is dat de partners drie jaar samenwoonden om te kunnen adopteren, zonder dat daarbij vereist is dat ze op het ogenblik van het indienen van het adoptieverzoek nog moeten samenwonen. Indien het Grondwettelijk Hof deze vraag bevestigend zou beantwoorden, dan opent dat perspectieven voor meemoeders die niet meer samenwonen met de juridische moeder, maar die er nog wel een goede verstandhouding mee hebben.

De werkgroep politiek van çavaria ijvert ervoor om de adoptieprocedure voor meemoeders te vervangen door wat men oorspronkelijke afstamming noemt. Een gehuwde meemoeder zou dan bij de geboorte automatisch de tweede juridische ouder worden van het kind. Een samenwonende meemoeder zou het kind kunnen erkennen, eventueel al voor de geboorte.
Wie mee de verantwoordelijk op zich neemt om een kind op de wereld te zetten heeft niet alleen rechten, maar ook plichten. Vandaar dat de juridische moeder ook de mogelijkheid zou moeten hebben om onderhoudsgeld te eisen van de meemoeder die akkoord ging met de verwekking van het kind en die het niet wil adopteren.

De werkgroep politiek van çavaria slaagde erin om hierover een passage in het regeerakkoord te krijgen. Inmiddels is het dus niet alleen wachten op de nieuwe wet, maar ook op de uitspraak van het Grondwettelijk Hof. Die mag wellicht pas over een jaar verwacht worden.
bron: çavaria

zondag 1 januari 2012

To be or not to be….

Deze zomer wordt in Nederland een belangrijk wetsvoorstel afgerond. Erkenning van het ouderschap voor lesbische meemoeders. Vanuit feministische hoek gezien is het natuurlijk vreemd dat enkel vaders kunnen erkennen (zonder biologische band) en moeders dus niet. Vanuit standpunten van vaderskant is het ook discriminerend dat zelfs een biologische vader voor de erkenning de toestemming nodig heeft van de moeder. Voor lesbiennes was er eerst enkel het alternatief van de adoptie, maar gaat men nu toch ook overstag voor een minder tijdsrovende en niet gerechtelijke procedure.

In een vrouwengezin had men ook kunnen volstaan met een gerechtelijke vaststelling, waarbij een aantal punten bekeken worden i.v.m. duurzaamheid, affectieve band, samenwoning voor en tijdens geboorte enz. Een jeugdrechter zou deze aanvraag evengoed kunnen honoreren indien aan het samenwonen inmiddels al een einde kwam. Veel clandestiene moeders hadden immers de wettelijke mogelijkheid niet om te adopteren gezien dit pas sinds 2006 in voege is en geen alternatief hebben.

Helaas past men strikt de wet toe en is er geen vervangende toestemming van de rechter. Deze wettelijke onvolmaaktheid leidt moedwillig tot een éénoudergezin, geen onderhoudsplicht, geen rechten en plichten voor ouders hetgeen niet strookt met internationale rechten van het kind en mensenrechten tout court. Het kind kan trouwens wel aan iedere nieuwe partner van de biologische moeder ter adoptie aangeboden worden, hetgeen verbijstering wekt, maar dit is het gevolg van de samenwoningsvereiste. Het is de wetgever blijkbaar ontgaan dat men binnen vrouwengezinnen ook niet voor eeuwig samen blijft en dat ook zij niet aan de maatschappelijke trends ontsnappen.

De erkenning van rechtswege, een gerechtelijke vaststelling, een simpele authentieke verklaring aan de Burgerlijke Stand, een eenvoudige wettelijke bekentenis van het ouderschap zijn zaken die heel wat discriminatie en rechtsonzekerheid zouden kunnen oplossen.
Het wordt tijd dat hier politieke aandacht aan gegeven wordt.

dinsdag 20 december 2011

In Nederland is gisteren een nieuwe fase aangebroken voor een wetsvoorstel voor erkenning van de meemoeder als ouder. Het COC heeft aangedrongen op terugwerkende kracht tot de openstelling van het huwelijk. Dit is natuurlijk te volgen en ter inspiratie voor ieder die zich hier voor inzet! Het wetsontwerp is ingediend ddor staatssecretaris Fred Teeven en is in fase 2 ingediend bij de Tweede Kamer. Duimen maar.

Wetsvoorstel erkenning door de vrouwelijke partner van de moeder (V&J)
Wetsvoorstel | 19-12-2011

1.Ministerraad akkoord, wetsvoorstel voor advies naar Raad van State.
Fase 2.Wetsvoorstel ingediend bij Tweede Kamer, schriftelijke behandeling.
3.Aangemeld voor plenaire behandeling voor Tweede Kamer.
4.Tweede Kamer heeft wetsvoorstel aangenomen, ingediend bij de Eerste Kamer schriftelijke behandeling.
5.Aangemeld voor plenaire behandeling door Eerste Kamer.
6.Eerste Kamer heeft wetsvoorstel aangenomen, publicatie Staatsblad.
Legenda van de zes fasen van een wetsvoorstel.
Kamernummer 33032
Rechtsgebied Privaatrecht
Soort Wetsvoorstellen in behandeling bij de Staten-Generaal
Subfase Verslag Tweede Kamer

Het wetsvoorstel regelt dat de vrouwelijke partner van de moeder juridisch ouder van het kind van haar partner kan worden door erkenning. Ook voorziet het wetsvoorstel in de mogelijkheid dat het ouderschap van de vrouwelijke partner van de moeder van rechtswege ontstaat, indien het lesbisch paar gehuwd is en gebruik heeft gemaakt van een donor in de zin van de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting.

Legenda bij fasen
Een wetsvoorstel doorloopt bij de behandeling deze zes fasen:

Fase 1. Ministerraad akkoord, wetsvoorstel voor advies naar Raad van State.
Fase 2. Wetsvoorstel ingediend bij Tweede Kamer, schriftelijke behandeling.
Fase 3. Aangemeld voor plenaire behandeling voor Tweede Kamer.
Fase 4. Tweede Kamer heeft wetsvoorstel aangenomen, ingediend bij de Eerste Kamer schriftelijke behandeling.
Fase 5. Aangemeld voor plenaire behandeling door Eerste Kamer.
Fase 6. Eerste Kamer heeft wetsvoorstel aangenomen, publicatie Staatsblad.

vrijdag 2 september 2011

Aan de andere kant van de wereld zijn geen clandestiene moeders. Gescheiden of niet speelt geen rol. Ouder zijn is een rol die niets met sex/sekse/geaardheid te maken heeft. Je kan dit niet halverwege "ontouderen" of "démoederen".

Multi-parenting zou ook een oplossing kunnen zijn, wat in sommige gevallen recht zou kunnen doen aan betrokken partijen.

Australian sperm donor loses fight with lesbian couple
Australian sperm donor loses fight with lesbian couple
WED, 2011-08-24 11:49 by Alexander Schuster
NSW, Australia, 17 Aug 2011 – An Australian man who donated sperm to a lesbian couple has been told by a court that his name must be removed from the child's birth certificate.
A court in Sydney ruled that the birth mother's former partner had the right to have her name on the certificate, even though the couple split in 2006. Expressing sympathy for the father, the judge said he had no contractual right to be registered on the certificate.
According to the BBC, this is the first time a name has been forcibly removed from a birth certificate in Australia. The case has led to suggestions from both Judge Walmsley and the donor that the law should be rethought to allow for three parents to be listed on a birth certificate. Judge Walmsey said, 'the case highlights the inadequacy of laws dealing with multi-parent families'.
In a 2007 precedent on the use of names on a birth certificate, a Canadian court allowed the addition of a third name onto a five-year old boy's birth certificate to allow for the mother's new partner to have legal status as parent.

bron: equal.jus.eu en BBCreport

vrijdag 27 mei 2011

Een van de wetsvoorstellen die ook van tafel zijn geveegd in de afgelopen jaren is deze van Jean Jacques De Gucht. Hopelijk komen er momenten om dit voorstel te verfijnen naar verschillende scenario's voor meemoeder en zorgouder.----------------------- Page 1-----------------------

4 - 1580/1 BELGISCHE SENAAT ZITTING 2009-2010 17 DECEMBER 2009 Wetsvoorstel tot wijziging van het l Burgerlijk Wetboek om de aanvaarding van het meemoederschap bij homoseksuele vrouwen mogelijk te maken (Ingediend door de heer Jean-Jacques (Déposée par M. Jean-Jacques De Gucht c.s.) De Gucht et consorts) TOELICHTING
Sinds 1 juni 2003 kent België het homohuwelijk en sinds 2006 kunnen ook doorheen alle onderscheiden procedureregelingen holebikoppels kinderen adopteren.Er wordt immers vastgesteld dat heel wat holebikoppels een sterke kinderwens koesteren. Homoseksuele vrouwen die een standvastige relatie hebben aangegaan kiezen immers vaak voor kunstmatige inseminatie met donorzaad (KID) bij één van beide. Het voordeel hiervan is dat één van de partners juridisch automatisch de moeder is. Onderhavig wetsvoorstel behandelt de problematiek waarmee de vrouwelijke partner van de moeder geconfronteerd wordt. Tussen haar en het kind kan er in principe geen biologische bloedband bestaan en kan er dus ook geen natuurlijke afstamming worden vastgesteld. Ook kan zij het kind niet erkennen. De praktijk wijst echter uit dat de partner van de moeder graag zo snel mogelijk als volwaardige meemoeder wil aangezien worden. Dit kan voorlopig enkel via een co-ouderadoptie (ook wel stiefouderadoptie genoemd). Deze vorm van landelijke adoptie brengt echter de nodige administratieve rompslomp met zich mee. Zo dient men een voorbereidingsprogramma te volgen, waarna de jeugdrechter eventueel nog een maatschappelijk onderzoek kan bevelen. ----------------------- Page 2-----------------------

4-1580/1 - 2009/2010 ( 2 ) Er zijn nochtans heel wat argumenten die pleiten voor een versoepeling. Zo is het moeilijk denkbaar dat een vrouw zich zal laten insemineren met donorzaad indien dit niet uitvoerig met de andere partner werd besproken. Ook tijdens de zwangerschap leven beiden intens naar de geboorte toe. Eens het kind geboren, moet aangenomen worden dat de partner met evenveel zorg en liefde het kind mee zal grootbrengen en opvoeden. Nu wordt de partner gedwongen om het kind te adopteren om juridisch volwaardig als mee-moeder te worden aangezien, al is ze dat al vanuit de praktijk. Een niet onbelangrijk argument betreft ook de rechtszekerheid ten aanzien van het kind. In het belang van het kind is het beslist beter om twee volwaardige ouders te hebben. In het belang van het kind dienen er wel enkele bijkomende voorwaarden te worden gesteld om gebruik te kunnen maken van de beoogde versoepelde regeling. Zo moet er sprake zijn van een standvastige relatie, wat beduidt dat het moet gaan om homoseksuele vrouwen die, al naargelang het geval, gehuwd zijn, wettelijk samenwonen of minimum drie jaar feitelijk samenwonen.Om niet te interfereren met de bestaande juridische terminologie betreffende adoptie en erkenning, wil het wetsvoorstel een nieuw begrip invoeren « het aanvaarden van het meemoederschap ». Dit moet als een recht worden beschouwd en niet als een plicht. Bijzondere aandacht dient te gaan naar de rechten die aan het kind worden gegeven in het kader van de te geven toestemming. Indien het een meerderjarige of een ontvoogde minderjarige betreft, is enkel en alleen zijn of haar toestemming vereist ten aanzien van de toekomstige meemoeder. Men kan hier denken aan een bewust ongehuwde moeder die pas vele jaren na de geboorte van haar kind een standvastige relatie aangaat met een andere vrouw en die laatste de meemoeder wenst te worden van de zoon of dochter van de biologische moeder. Indien het een niet-ontvoogde minderjarige betreft, is het de regel dat de biologische moeder haar toestemming moet geven ten aanzien van de meemoeder. Daarenboven dient het kind dat de volle leeftijd van twaalf jaar heeft bereikt ook toestemming te verlenen. Indien de aanstaande meemoeder de nodige toestemming(en) niet krijgt, kan ze trachten die alsnog te verwerven voor de rechtbank, in raadkamer de nodige partijen probeert te verzoenen. Indien er geen verzoening heeft plaats gevonden kan er geen aanvaarding van het mee- moederschap zijn. Dit is ook het geval indien de rechtbank tot de vaststelling komt dat het aanvaarden van het meemoederschap in strijd zou zijn met de belangen van het kind. Er wordt ook aandacht besteed aan de situatie waarbij de moeder in de onmogelijkheid verkeert haar ----------------------- Page 3-----------------------

( 3 )
wil te kennen te geven, bijvoorbeeld doordat ze in een coma is geraakt. De aanvaarding van het meemoederschap moet worden vastgelegd in een akte van aanvaarding van het meemoederschap. Concreet betekent dit dat zowel de biologische moeder (dit geldt niet indien het kind meerderjarig is) als de toekomstige meemoeder en eventueel het kind zelf of zijn vertegenwoordiger zich in persoon zullen moeten aandienen bij de ambtenaar van de burgerlijke stand. Omwille van juridische en biologische redenenbeperkt het wetsvoorstel zich tot homoseksuele vrouwen. Net zoals bij een heterokoppel geldt bij een lesbisch koppel het principe « mater semper certa cipe « mater semper certa est » , waardoor er in tegenstelling tot een normale adoptieprocedure geen afstammingsband juridisch moet worden doorgeknipt. Belangrijk uiteraard is dat de gevolgen van het aanvaarden van het meemoederschap een volwaardigouderschap inhouden, alsof er een natuurlijke afstamming zou bestaan tussen het kind en de meemoeder. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Artikel 2
Net zoals een akte van geboorte of een akte van erkenning, wordt er in het Burgerlijk Wetboek voorzien in een akte van aanvaarding van het meemoederschap.
Artikel 3
Boek I, Titel VI van het Burgerlijk Wetboek wordt een Hoofdstuk II/1 ingevoegd, dat een bevat dat handelt over de aanvaarding van het meemoederschap. Het invoegen van een nieuwe afdeling wenst de wil te benadrukken dat, los van de vigerende wetgeving inzake erkenning of de beoogde regeling niet enkel een nieuwe juridische afstammingsband in het leven roept, maar zich ook enkel beperkt tot homoseksuele vrouwen. In dit verband zij opgemerkt dat « de aanvaarding van het meemoederschap » een facultatief en geen obligatoir karakter vertoont. Bovendien is uitvoerig bepaald wie er zijn uitdrukkelijke toestemming dient te geven, afhankelijk van de leeftijd van het kind. Ook moet er sprake zijn van een standvastige relatie tussen beide Daarom wordt de mogelijkheid enkel aangeboden indien de homoseksuele vrouwen gehuwd, wettelijke samenwonend of reeds minimum drie jaar feitelijk samenwonend zijn. Er wordt ook in enkele uitzonderlijke situaties voorzien, zoals het ontbreken van de vereiste toestemmingen of indien de moeder zelf niet in staat is haar uitdrukkelijke wil te kennen te geven.
Page 4

4-1580/1 - 2009/2010
Van fundamenteel belang is dat de gevolgen van de aanvaarding van het meemoederschap gelijkgesteld worden aan het volwaardige ouderschap en alle familiaalrechtelijke rechten en plichten omvat, alsook erfrechtelijk. De aanvaarding van het meemoederschap kent aldus dezelfde uitwerking als dit het geval zou zijn door afstamming. De aanvaarding van het meemoederschap dient te gebeuren voor een ambtenaar van de burgerlijke stand in een specifieke akte.
Jean-Jacques DE GUCHT.
Nele LIJNEN.
Ann SOMERS. * * * * * * WETSVOORSTEL
Artikel 1
Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in
artikel 78 van de Grondwet.
Art. 2 In het Burgerlijk Wetboek wordt een artikel 62quater toegevoegd, luidende : De akte van aanvaarding van het meemoederschap vermeldt : de voornamen, de naam, de plaats en datum van de geboorte van het kind; de voornamen, de naam, de woonplaats, de plaats en datum van geboorte van degene die het kind aanvaardt als meemoeder en van de ouder ten aanzienvan wie de afstamming reeds vóór de aanvaarding vanhet meemoederschap vaststond; in voorkomend geval, de toestemming van de personen bedoeld in artikel 325bis, met vermelding van de voornamen, de naam, de woonplaats en de plaats en datum van geboorte van de wettelijke vertegenwoordiger van het kind indien hij in de aanvaarding van het moederschap heeft toegestemd. Indien de in artikel 325bis, § 4, bedoelde personen niet hebben toegestemd in de akte van aanvaarding
van het moederschap maar er niet tegen zijn opgekomen binnen de in dat artikel gestelde termijn of indien hun verzoek tot nietigverklaring is afgewezen bij een in kracht van gewijsde gegaan vonnis of arrest, wordt daarvan melding gemaakt op de kant van de akte van aanvaarding van het moederschap.
----------------------- Page 5-----------------------

4-1580/1 - 2009/2010 § 2. Zodra de akte van aanvaarding van het moederschap is opgemaakt, wordt daarvan melding gemaakt op de kant van zijn akte van geboorte.§ 3. De ambtenaar van de burgerlijke stand die een akte van aanvaarding van het moederschap heeft opmaakt, is gehouden daarvan binnen drie dagen kennis te geven aan de echtgeno(o)t(e) van de aanvaardster. Paragraaf 3 van artikel 50 is van toepassing.
Art. 3 In Boek I, Titel VII, van het hetzelfde Wetboek wordt een Hoofdstuk II/1 « Aanvaarding van het meemoederschap » ingevoegd, dat een artikel 325bis bevat, luidende :
« Hoofdstuk II/1. Aanvaarding van het meemoeder
schap Artikel 325bis. — § 1. Wanneer er in een standvastige relatie tussen twee homoseksuele vrouwen een kind wordt geboren waarvan de afstamming langs moederszijde kwam vast te staan krachtens hoofdstuk 1 van deze titel, kan de partner overgaan tot de aanvaarding van het meemoederschap. Dit kan enkel indien beiden gehuwd zijn, wettelijk samenwonen of minstens drie jaar feitelijk samenwonen. De aanvaarding van het meemoederschap dient te gebeuren voor de ambtenaar van de burgerlijke stand in een akte van aanvaarding van het moederschap bepaald in à l'article 62quater.
§ 2. De aanvaarding van het meemoederschap van een meerderjarige of ontvoogde minderjarige is alleen
ontvankelijk zo het kind daarin vooraf toestemt. § 3. Indien het kind minderjarig en niet ontvoogd is de aanvaarding van het meemoederschap alleen
ontvankelijk mits de moeder daarin vooraf toestemt.
Bovendien is de voorafgaande toestemming van het kind vereist, indien het de volle leeftijd van twaalf jaar heeft bereikt. Deze toestemming is niet vereist indien
het kind onbekwaam is verklaard of zich in een staat
van verlengde minderjarigheid bevindt, dan wel indien
de rechtbank, op grond van feiten die vastgesteld zijn
in een met redenen omkleed proces-verbaal, oordeelt dat het kind geen onderscheidingsvermogen heeft. Bij gebreke van die toestemmingen dagvaardt degene die het kind wil aanvaarden als meemoeder
de personen wier toestemming vereist is voor de rechtbank. De partijen worden in raadkamer gehoord.
De rechtbank poogt ze te verzoenen. Indien de
rechtbank de partijen tot verzoening brengt, ontvangt
zij de nodige toestemmingen. Bij gebreke van verzoening wordt het verzoek verworpen. Als het verzoek een kind betreft dat op het tijdstip van de indiening de la van het verzoek een jaar of ouder is, kan de rechtbank Page 6

4-1580/1 - 2009/2010 ( 6 ) bovendien de aanvaarding van het meemoederschap weigeren als ze kennelijk strijdig is met de belangen van het kind. § 4. Is het kind minderjarig en niet ontvoogd en is § 4. ouder ten aanzien van wie de afstamming vaststaat in de onmogelijkheid zijn wil te kennen te geven, dan moet de ambtenaar van de burgerlijke stand een letterlijk afschrift van de aanvaarding van het meemoederschap ter kennis brengen van de wettelijke vertegenwoordiger van het kind en van het kind zelf,indien het de volle leeftijd van twaalf jaar heeft bereikt, tenzij dezen vooraf in de aanvaarding van het moederschap hebben toegestemd. Indien de aanvaarding van het moederschap niet ontvangen is door een ambtenaar van de burgerlijke stand, moet zij op verzoek van de aanvaardster worden betekend aan de in het eerste lid bedoelde personen. Binnen zes maanden te rekenen van de betekening of de kennisgeving kunnen de personen aan wie zij is
gedaan, bij dagvaarding de vernietiging van de aanvaarding van het meemoederschap vorderen van de rechtbank van de woonplaats van het kind. De griffier stelt de ambtenaar van de burgerlijke stand of de ministeriële ambtenaar die de akte van het meemoederschap heeft opgemaakt, onmiddellijk in kennis van die vordering. Nadat de partijen werden gehoord, doet de recht- uitspraak over de vordering tot nietigverklaring. Ze vernietigt de aanvaarding van het meemoederschap als die kennelijk strijdig is met de belangen van het kind, als dat kind op het tijdstip waarop de vordering
wordt ingediend één jaar of ouder is. § 5. De aanvaarding van het meemoederschap behelst dezelfde feitelijke en juridische gevolgen als de afstamming. »
Art. 4 Deze wet treedt in werking op de eerste dag van de maand die volgt na die waarin ze is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
21 octobre 2009.
Jean-Jacques DE GUCHT.
Nele LIJNEN.
AnnSOMERS.

woensdag 4 mei 2011

Als we elk argument van het inmiddels goedgekeurde wetsvoorstel geboorteverlof voor meemoeders nazien, voldoen we aan elk van de gestelde voorwaarden!
Wij hebben zowat een teletijdmachine nodig om gelijkgesteld te worden met de rechten van de huidige nieuwe ouders.Wanneer wordt daar een politieke mouw aan gepast??


http://www.dekamer.be/FLWB/PDF/53/0573/53K0573001.pdf

vrijdag 18 maart 2011

Het geboorteverlof is een feit dankzij een wetsvoorstel van Sonja Becq (CD&V).Dit is weer een mijlpaal die kan tellen!Weer een stapje in de goede richting om minderheden volwaardige rechten te geven. Voor clandestiene moeders is dit niet relevant omdat meemoeders van gescheiden paren niet eens het label "ouder" krijgen. Dit lijkt voor ons slechts een "fait divers" in de strijd naar gelijke rechten. Uiteraard hebben we dit wetsvoorstel toegejuicht en vragen de politici hier en nu opnieuw om mee te gaan in deze voorstellen die holebi's het recht op een gezin gunnen en dat ze de verantwoordelijkheid mogen nemen voor de kinderen die ze op de wereld gezet hebben! çavaria verwoordt zo het grote nieuws:

Çavaria is verheugd over de goedkeuring van het wetsvoorstel dat het 'vaderschapsverlof' loskoppelt van de vaderlijke afstamming. Çavaria heeft er bij politici jaren op aangedrongen om deze discriminatie de wereld uit te helpen. De volgende stap in de gelijkstelling van hetero- en holebi-ouders is de erkenning door de meemoeder, aldus de holebi- en transgenderkoepel.

Tot vandaag hadden enkel vaders het recht om na de geboorte van hun kind tien dagen thuis te blijven. Lesbische meemoeders konden dit niet. Ook al stonden steeds meer werkgevers dit verlof na de geboorte ook voor meemoeders toe als gunst, toch is het pas nu een recht geworden.

Lesbische meemoeders kunnen vanaf nu genieten van tien dagen verlof na de geboorte van hun kind. Hiervoor moest het vaderschapsverlof geslachtsneutraal worden. Dit verlof was immers enkel bruikbaar voor wie de 'afstamming langs vaderszijde' gold.

Yves Aerts: "Het feit dat lesbische meemoeders niet het recht hadden om tien dagen thuis te blijven na de bevalling van hun partner, was een flagrante en absurde discriminatie. We zijn dan ook blij dat dit eindelijk gecorrigeerd is. Een meemoeder moet, net als een vader, het recht hebben om aan haar nieuwe gezinssituatie te kunnen wennen en haar pas bevallen partner te ondersteunen."

Het wetsvoorstel werd tijdens de plenaire zitting van de Kamer goedgekeurd met een ruime meerderheid.

Het wetsvoorstel was een herneming van een compromisvoorstel uit 2009 dat door Sonja Becq (CD&V) in samenwerking met verschillende andere partijen werd uitgewerkt. Uiteindelijk hebben sp.a, Open VLD, Groen!, Ecolo, cdH, MR en PS er hun handtekening onder gezet.

Yves Aerts: "We zijn een stap dichter bij de gelijkstelling van holebi- en hetero-ouders. De volgende stap moet zijn dat een gehuwde meemoeder automatisch de juridische moeder van haar kind wordt. Een ongehuwde meemoeder moet haar kind nog voor de geboorte kunnen erkennen bij de burgerlijke stand. Pas dan kunnen we echt van gelijkheid spreken."